De regenboog is zo veelkleurig als de vlag van Molenlanden

Het was misschien wel het belangrijkste debat dat tot nog toe in de gemeente Molenlanden is gehouden. Het was in ieder geval een debat dat ergens over ging. Principes stonden tegenover elkaar. Rekening houden met elkaar werd door iedereen gebezigd. En uiteindelijk blijkt Molenlanden een veelkleurige gemeente waar de regenboogvlag met trots wappert! Wilma kijkt nog één keer terug.

Respect voor de LHBTI-inwoners van Molenlanden. Ik blijf met het woord LHBTI worstelen. LHBTI staat voor lesbienne, homoseksueel, biseksueel, transgender en intersekse personen. Ik struikel iedere keer weer over die naam. Ik moet het als LHBTI omschrijven, omdat de maatschappij het als “anders” ervaart. Of het nu gaat om geaardheid, identiteit of gerichtheid. Naarmate ik er langer over nadenk, ga ik het ingewikkelder vinden. Waarom bedenken we daar met elkaar niet iets voor, dat niet zo beladen klinkt?

Samen met CDA

Maar genoeg gezeurd, het gaat om respect, dat we voor elkaar mogen hebben. En de stap, die nodig was om dat samen met mijn collega raadslid Jan Arie Korevaar met het CDA in gang te zetten. Het debat om daar te komen ging écht ergens over. We kunnen aan de raadstafel van mening verschillen over arbeidsmigranten of de aanleg van een weg. Als het over LHBTI gaat, dan komen de gevoeligheden tussen de politieke partijen op de raadstafel. Een meerderheid (Doe mee!, CDA, VVD, Progressief Molenlanden) van de gemeenteraad was het eens met het initiatief van Doe mee! en het CDA. De opdracht ligt nu bij de verantwoordelijke wethouder Lizanne Lanzer om op 5 oktober (dag, dat de regenboogvlag op de gemeentekantoren wappert) en de week van respect (november 2020) een aantal activiteiten te organiseren rondom LHBTI.

1760 inwoners

Voor Molenlanden een hele stap, want in de Alblasserwaard “hebben we het er niet zo over” en anderen vinden er altijd wel iets van. Niet écht een veilige omgeving voor jou als LHBTI-er. In Nederland zijn 4-7% van de inwoners LHBTI. Dit betekent, dat er in Molenlanden minimaal 1760 inwoners zijn, die dit aan den lijve ondervinden. En nog veel meer, die er in hun omgeving mee te maken hebben. Familie, vrienden, buren en klasgenoten.

Ik ken er maar een paar. Dat heeft alles te maken met onveiligheid. Best mogelijk, dat ze ook spontaan naar elders verhuizen. Dat mag van mij met dit initiatief veranderen, want je mag hier zijn wie je bent.

Een moeder van een lesbiennedochter van elders was verrast, dat dit nodig was. Het is toch normaal, dat je respect hebt voor elkaar? In welk vel je ook zit. Nou dat is nu juist waar we voor willen gaan, omdat het in deze regio geen vanzelfsprekendheid is.

Gay Parade

En maak je niet ongerust. We gaan geen Gay Parade organiseren op Kinderdijk, want dat past hier niet. Ook hier gaan we op zijn Alblasserwaards mee om. Ingetogen en met 2 benen in de klei of het veen.

De regenboog is zo veelkleurig als de vlag van Molenlanden. Ik heb er alle vertrouwen in, dat we ook op die manier respect hebben voor al onze inwoners en in het bijzonder voor jou als LHBTI-er, want ik wil jou de veiligheid bieden die je verdient.

Wilma de Moel

Raadslid Doe mee!

Zie ook: https://www.hetkontakt.nl/regio/alblasserwaard/228864/meerderheid-in-raad-molenlanden-niet-alleen-regenboogvlag-hijsen-

Mario draagt een interactief steentje bij:

Doe Mee! met de regionale energie strategie

Ruim 45 jaar geleden vertelde de leraar op mijn lagere school onze klas over het Gas uit Groningen dat ons verloste van de vervuilende kolenkachels.

Schoon gas, weinig roet en geen gesjouw met kolen. Hij vertelde ons toen ook dat er een enorme hoeveelheid gas onder de grond zat waar we Nederland mee konden verwarmen, elektriciteit mee op konden wekken en de schatkist spekken. Maar hij vertelde ook dat wij het waarschijnlijk nog mee zouden maken dat het Gas op was.

Hij heeft gelijk gekregen. Het moment is aangebroken dat we tegen te hoge kosten en milieu-impact  gaan aanlopen. En omdat we dan nog steeds ons huis moeten verwarmen, eten koken en een lichtje aan willen steken zullen we op zoek moeten naar nieuwe energiebronnen. En dat doen we in Nederland onder andere door 30 regio’s een Regionale Energie Strategie (RES) te laten maken. Molenlanden en Gorinchem vormen samen 1 van die 30 RES regio’s.

In de RES geeft elke regio aan hoe ze, naast de landelijk al geregelde stroomopwekking op zee en op daken van inwoners, zelf energie op kan wekken. En omdat energie zo belangrijk is voor elk huishouden mogen daar tot 2030 alleen bewezen methodes voor gebruikt worden. Geen technieken die alleen nog in laboratoria bestaan dus. Die mogen pas later in de plannen meegenomen worden. We willen immers zekerheid dat het licht kan blijven branden. Daarom zijn tot 2030 alleen zon en wind energie toegestaan. En het lijkt misschien ver weg, 2030 en 2050, maar enkele belangrijke  beslissingen worden nu al genomen.

Onze regio heeft de afgelopen 18 maanden met inspraak van belangenorganisaties, inwoners en energiebedrijven een eerste inventarisatie van de mogelijkheden gemaakt en in een concept RES vastgelegd.  En daaruit blijkt dat we een fors deel van onze energiebehoefte tot 2030 zelf op kunnen wekken. Dat is goed voor ons als inwoners en het milieu, maar dat is ook goed voor de lokale economie. In onze regio geven we jaarlijks samen ongeveer 200 miljoen aan energiekosten uit. Als we die energie meer zelf op gaan wekken kan een groter deel van dat geld in de toekomst binnen de regio blijven. Maar zover is het nog niet.

Het komende jaar zullen de plannen definitief gemaakt moeten worden, in samenspraak met de inwoners. We zullen op diverse manieren en op meerdere plekken gevraagd worden om mee te denken en mee te praten over de regionale energie strategie. Niet over hoe lang we nog met het gas door kunnen of over het gebruik van kernenergie voor 2030, maar wel over het opwekken van eigen energie voor de Alblasserwaard met zon en wind. Wel over de manier waarop we ook bij windstilte en bewolking toch stroom kunnen hebben. En wel over de manier waarop we er voor kunnen zorgen dat de lusten en de lasten van de energieopwekking eerlijk verdeeld worden.

Voor komende jaar geldt dus nog meer als andere jaren:  Denk mee, Praat mee, Doe Mee!

Mario de Lijster

Raadslid Doe mee!

Van wie zijn de Giessenlandse miljoenen?

De miljoenen van Giessenlanden, tot de dag van vandaag een onderwerp van gesprek. Van wie zijn ze nou eigenlijk? Berend geeft nog één keer zijn visie erop. En ja, het gaat er toch vooral om wat je met je geld. Of je het nu hebt of dat je het leent.

 

Wie wilde er niet met Giessenlanden herindelen? Dat was jarenlang de veelgestelde vraag op straat èn in het regionale bestuurlijke circuit. De gemeente Giessenlanden was voor veel andere gemeentes, die allemaal te maken hadden met noodzakelijke opschaling en dus herindeling, een geliefde bruid vanwege een indrukwekkende bruidsschat. Giessenlanden verkocht tenslotte haar gemeentelijk woningbedrijf in 2008 voor 88 miljoen euro en schaarde zich direct in de top-3 van rijkste gemeentes in Nederland.

 

De miljoenen waren niet zomaar op, vormden een ruim appeltje voor de dorst en maakten zaken in Giessenlanden mogelijk, die voor andere gemeentes onmogelijk bleken. Het maakte Giessenlanden ook een interessante partij om mee te herindelen, maar het was uiteindelijk alleen Molenwaard dat bereid bleek tot een mariage. Gorinchem, Hardinxveld-Giessendam, Leerdam, Zederik, ze maakten uiteindelijk allemaal een andere keuze. De Giessenlandse bruidsschat bleek voor een herindeling niet doorslaggevend.

88 miljoen

Van die 88 miljoen euro werd en wordt overigens een groot deel geïnvesteerd in de Giessenlandse dorpen en in de samenleving in zijn algemeenheid. Sportpark Giessenburg, dorpshuizen in Noordeloos, Hoogblokland en Schelluinen, een nieuwe school in Giessen-Oudkerk, een nieuwe ontsluitingsweg in Arkel. Het is ondertussen gerealiseerd of er is geld voor gereserveerd. Anno 2020 staat er voor de nieuwe gemeente Molenlanden nog een kleine 30 miljoen als reserve genoteerd. Nog altijd meer dan uitstekend, maar niet meer het duizelingwekkende bedrag van meer dan 80 miljoen. Toch blijft nog altijd boven de markt hangen dat Giessenlanden uiteindelijk de kostendrager is van de nieuwe gemeente Molenlanden en dat Molenwaard maar al te gemakkelijk meeprofiteert van het Giessenlandse geld. Het was tenslotte toch ook Molenwaard dat in 2012 8 miljoen euro moest lenen van de buren? Ook nooit terugbetaald toch?

 

Verkoop woningbedrijf

Vanaf de dag van de verkoop Woningbedrijf is er discussie over van wie die 88 miljoen nou eigenlijk zijn. Best een interessante vraag. De verschillende gemeentes waar Giessenlanden uit opgebouwd was, hadden alle drie een eigen woningbedrijf en brachten daarmee alle drie huurwoningen in. Arkel bracht de meeste woningen in: 45%, de voormalige Schakel-gemeente (Noordeloos, Hoogblokland en Hoornaar) een kleine 20% en Giessenburg-Schelluinen kwam met zo’n 35%. Wie naar die percentages kijkt zou de eenvoudige conclusie kunnen trekken dat Arkel recht had op zo’n 40 miljoen euro, een kleine 12.000 per inwoner. Giessenburg-Schelluinen zou tevreden moeten zijn met 30 miljoen en Noordeloos, Hoogblokland en Hoornaar hadden ‘recht’ op 15 miljoen. Maar die verdeling is nooit zo gemaakt. De opbrengst zou ten goede komen aan de samenleving en geïnvesteerd worden in duurzame projecten. Dat er in Arkel in dezelfde periode 2008-2014 veel gebeurde teerde overigens niet in op de opbrengst en de reservepositie van de gemeente. De renovatie van de dorpskern was meegenomen in de verkoop van het woningbedrijf en kwam voor rekening van Kleurrijk Wonen. Inclusief het gezondheidscentrum. Van de opbrengst woningbedrijf werd in Arkel alleen de ‘nieuwe’ Lingehof (sportzaal annex dorpshuis) en de tweede ontsluitingsweg betaald. Met iets meer dan 5 miljoen komt Arkel er daarmee karig vanaf. Zeker als je het wegzet tegenover Sportpark Giessenburg (11 miljoen) of het Noorderhuis (6 miljoen) of De Hoek (5 miljoen). Anderzijds valt er weinig te klagen in Arkel of welk voormalig Giessenlands dorp dan ook: we hebben ons voorzieningenniveau grotendeels kunnen handhaven. Zwembaden, moderne dorpshuizen en scholen, voetbalclubs. Het is er allemaal. Veel te wensen hebben we eigenlijk niet meer.

Met iets meer dan 5 miljoen komt Arkel er daarmee karig af.
Anderzijds valt er weinig te klagen in Arkel of welk voormalig Giessenlands dorp dan ook: we hebben ons voorzieningenniveau grotendeels kunnen handhaven. Zwembaden, moderne dorpshuizen en scholen, voetbalclubs. Het is er allemaal. Veel te wensen hebben we eigenlijk niet meer.

Zwembaden

Toch scheelde het indertijd maar een haar of de zwembaden hadden mogen sluiten van het gemeentebestuur. In 2012 kwam het toenmalig College van B&W met het voorstel om de zwembaden en bibliotheken te sluiten vanwege de economische crisis. Geen geld. Met nog meer dan 80 miljoen op de bank verkondigde de toenmalige SGP-wethouder van Financiën dat er niet geïnvesteerd kon worden omdat de renteopbrengsten hard nodig waren voor de lopende begroting. Er was simpelweg geen andere oplossing. De oppositie kwam uiteindelijk met het alternatief en de zwembaden konden blijven dankzij een eenmalige afkoopsom. De bibliotheken in Giessenburg en Arkel werden dusdanig afgeslankt dat het niet meer dan afhaalpunten werden. En ondertussen leende dezelfde wethouder Financiën 8 miljoen euro uit aan zijn partijgenoten in Molenwaard. Die openden daarna een vierde bibliotheek-vestiging. Er was sprake van dezelfde economische crisis, Molenwaard verkeerde nog in onzekerheid over of het haar spaargeld nog terug kon krijgen van het failliete IJslandse Icesave, maar men bracht de begroting op orde met geleend geld. Eén ding werd duidelijk: om te investeren in de samenleving heb je geen reserve nodig maar een wil en een visie en met geleend geld kun je dan een eind komen.

Hypotheek

Ondertussen leende dezelfde wethouder Financiën 8 miljoen euro uit aan zijn partijgenoten in Molenwaard. Die openden daarna een vierde bibliotheek-vestiging.

Want laten we het even klein maken, wie heeft er geen hypotheek op zijn huis? En wie heeft er naast een hypotheek van vaak enkele tonnen geen spaargeld op een rekening? Als we het hebben over onze eigen financiën vinden we het heel normaal om te lenen voor ons huis (en ons dus in de schulden te steken) en vaak ook nog voor een auto, boot of caravan. Als we het maandelijks kunnen opbrengen, waarom zouden we het dan niet doen? Niks mis mee. Veel gemeentes doen dat op dezelfde manier. Lenen om zaken mogelijk te maken. Ook op nationaal niveau doen we het. 70 miljard lenen voor een Coronafonds. Ook in Europa doen we het. Maar dat zijn dusdanig duizelingwekkende bedragen dat het abstract wordt. Maar één ding moet helder zijn: er is weinig mis met lenen, zolang je je maandelijkse lasten maar kunt betalen. Je reserve zomaar opmaken, is misschien wel minder verstandig.

Enecogelden

De reservepositie is zo’n 70 miljoen euro: 27 miljoen ingebracht door voormalig Molenwaard, 43 miljoen ingebracht door voormalig Giessenlanden

En dan de nieuwe gemeente Molenlanden. Is het nu echt zo dat Giessenlanden betaalt voor Molenwaard? Uit bovenstaande beschouwing moet duidelijk worden dat Giessenlanden en Molenwaard een andere manier van begroten hadden. Giessenlanden hield strak vast aan haar ‘gouden standaard’: we doen alles van de reserve en we lenen niks en daarmee houden we de kosten voor de burger in de hand. In Molenwaard was de financiële situatie minder gunstig, stonden leningen uit, moest men nog wat meer lenen, maar wist men het voorzieningenniveau op peil te houden. Ondertussen zijn de aandelen van Eneco verkocht wat de gemeente een ruim 41 miljoen opleverde. De reservepositie schuift daarmee op naar zo’n 70 miljoen euro: 27 miljoen ingebracht door voormalig Molenwaard, 43 miljoen ingebracht door voormalig Giessenlanden. We staan er financieel als gemeente uitstekend voor, de vraag is wat we met die uitstekende uitgangspositie doen. Wat merkt de burger ervan? Hoe gaan wij als gemeente om met het voorzieningenniveau?

OZB omlaag

Duidelijk mag zijn dat we niet hoeven te bezuinigen op het verenigingsleven. Succes is een keuze en als het verenigingsleven de smeerolie van de samenleving is, dan moet daar je keuze liggen. En ja, ik ben ervan overtuigd dat dit college daarin de juiste keuzes maakt. Daarnaast mag het helder zijn dat lastenverlichting voor de inwoners mogelijk is. De wil is er ook bij het college, de worsteling is om de uitgaven structureel naar beneden te brengen, zonder dat dit ten koste gaat van je voorzieningenniveau. Nieuwe keuzes maken dus. Maar er kunnen andere keuzes gemaakt worden, waardoor de lasten voor de inwoners omlaag gaan. Alle inwoners. Eind 2021 zullen we zien of de gemeentelijke lasten, inclusief de OZB in Molenlanden omlaag zijn gegaan ten opzichte van 2018. Dé peiling voor deze coalitie.

Twee werelden

En zeker, wie het Kontakt wekelijks bestudeert en de agenda van de gemeenteraad volgt, zal constateren dat Molenwaardse onderwerpen in Molenwaardse dorpen vaker geagendeerd staan. Dat heeft een deel te maken met de macht van het getal: Molenwaard was nu eenmaal twee keer zo groot als Giessenlanden. Anderszins lijkt het erop dat men in Molenwaard noodgedwongen heeft stil gestaan. Er kon blijkbaar niet zoveel. Die tijd is nu echt voorbij. Dit college pakt door. Alleen is men in Giessenlanden al een tijdje bezig. Of net klaar. Maar de conclusie kan niet zijn dat de aanpak komt door de miljoenen van Giessenlanden. Die staan gewoon veilig op bank of zijn geïnvesteerd in eigen bakstenen. We moeten wel met zijn allen anders gaan denken. Denken in wat we met Molenlanden willen en dat vervolgens ook zo gaan doen. Met onze financiële basis kunnen we gaan voor de beste keuze en als het moet, zijn we welkom bij iedere bank. Laten we het beste overnemen van twee werelden!

Berend Buddingh’

Fractielid Doe mee! Molenlanden

De pijn en de strijd van Ruud van Rijn

#8miljoen & de bibliotheken in Molenlanden

 

Vlak voor de zomervakantie werd in de gemeenteraad de kadernota besproken: welke richting gaan we op in 2021 en later. Vele onderwerpen kwamen naar voren in deze nota. Ook werd besproken hoe de bibliotheekvoorzieningen eruit zouden moeten komen te zien het komende jaar. Een echte visie was er nog niet, maar wel concrete voorstellen. Ruud van Rijn legt nog eens uit hoe het nu precies zit. En vooral ook waar de pijn zit.

Vanuit de raad werden er vragen gesteld omtrent dit onderwerp. Opvallend was dat twee fracties aandacht vroegen voor de bibliotheekvoorzieningen in het voormalige Molenwaard. Blijkbaar ontbreekt het historisch besef bij deze fracties of hebben zij onvoldoende inzicht hoe de bibliotheekvoorzieningen eruit zien in heel Molenlanden.

Voor de duidelijkheid nog maar even schetsen hoe de situatie nu is.

Voormalig Molenwaard

In het voormalige Molenwaard zijn vier servicepunten. Deze servicepunten worden aangestuurd door bibliotheek AanZet en bemand door vrijwilligers. In deze vier vestigingen kunnen materialen worden afgehaald die gereserveerd zijn. Daarnaast hebben deze vestigingen een collectie staan. Deze collectie rouleert en wordt regelmatig aangevuld en gesaneerd door AanZet.

Voormalig Giessenlanden

In het voormalige Giessenlanden zijn vijf jaar geleden de twee vaste servicepunten (Arkel en Giessenburg) wegbezuinigd.

Dankzij de inzet van de dorpsraden uit de genoemde kernen is er gelukkig nog wel wat overgebleven, namelijk 2 afhaalpunten: één in Arkel en één in Giessenburg. Bij deze punten kunnen dus gereserveerde materialen worden afgehaald, maar zij beschikken niet over een eigen collectie. Wel staan er nog wat boeken, overgebleven uit de ruime collecties die aanwezig waren en zo af en toe komen er wat nieuwe boeken bij. Er is echter geen uitleensysteem.

Daarnaast is er in voormalig Giessenlanden een samenwerking met de scholen en AanZet. Op scholen zijn er collecties kinderboeken die geleend kunnen worden door de kinderen die automatisch allemaal lid zijn van AanZet.

Noordeloos

Het afgelopen jaar heeft Molenlanden subsidiegeld aangevraagd bij het ministerie in verband met de zogenaamde witte vlekken in Nederland. Deze aanvraag is gehonoreerd, zodat er geld is voor de komende drie jaar om een mini servicepunt op te richten in Noordeloos.

Kortom, kijkend naar de subsidiegelden die we als gemeente Molenlanden uitkeren aan de bibliotheekvoorzieningen, gaat ongeveer 75% naar de voormalige gemeente Molenwaard en een kwart naar de voormalige gemeente Giessenlanden. Vandaar mijn verbazing dat er er aandacht gevraagd werd voor de bibliotheekvoorzieningen in het voormalige Molenwaard.

Betrokkenheid gemeenteraad

Dankzij het initiatief van onze Doe Mee! fractie is er bij de raadsvergadering, waar de kaderstelling werd besproken, een motie aangenomen waarin gevraagd werd om de gemeenteraad meer te betrekken bij de visievorming van de bibliotheekvoorzieningen.

De raad zal in het najaar van 2020 gevraagd worden om haar mening betreffende de bibliotheekvoorzieningen in Molenlanden.

Duidelijk voor ons is dat er goed gekeken moet worden naar de harmonisatie wat betreft dit onderwerp. En laat ik maar vast een schot voor de boeg plaatsen: een servicepunt  dien je te vestigen in de grootste kernen van onze gemeente. Zo kunnen jongeren en de vergrijzende bevolking hiervan optimaal gebruik maken.

#8miljoen

Verder blijft het  natuurlijk pijnlijk dat 5 jaar geleden de voormalige gemeente Giessenlanden 8 miljoen euro uitleent aan de voormalige gemeente Molenwaard. Vervolgens werd in Molenwaard een vierde bibliotheekvestiging geopend en tegelijkertijd gingen de deuren in Giessenburg en Arkel dicht.

Ruud van Rijn

Fractielid Doe mee! Molanden

Joke & Berend duidelijk bij Algemene Beschouwingen

Na 18 maanden al sprake van mooie oogst!

 

De Algemene Beschouwingen, waarin de verschillende politieke partijen hun belangrijkste constateringen, ideeën en doelstellingen formuleren (waarna het College van B&W deze wel of niet meenemen in de begroting in november), waren dit politieke seizoen laat in het jaar en net voor de zomervakantie. Wellicht heeft niet iedereen het meegekregen. Maar de Algemene Beschouwingen zijn te belangrijk om zomaar te laten passeren. Daarom bij deze de tekst van Joke van der Graaf en Berend Buddingh’. De inhoud is helder: het College is goed bezig, we gaan niet bezuinigen op verenigingen en er valt geld te halen in regio.   

 

“In deze bijzondere tijd van Corona is het makkelijker om terug te kijken dan een voorspelling te doen van de toekomst. De tijd waarin we nu leven is ondanks alle versoepelingen van de laatste tijd nog steeds ongewis en trekt een zware wissel op onze samenleving en portemonnee.

Het mag gezegd worden dat Molenlanden zich tijdens de crisissituatie heeft laten zien waar ze groot in is! Een ongekende kracht van Samen Doen werd zichtbaar in alle dorpen en stad. Naast de angst en verdriet met elkaar de schouders eronder, dat vinden wij eigenlijk heel gewoon in Molenlanden! Maar is dat wel zo gewoon?? Ja, dat is ons DNA en daar zijn wij Trots op!

De gemeente Molenlanden is nu anderhalf jaar  onderweg. Een boeiende periode met een nieuwe gemeenteraad met veel nieuwe gezichten, een college met nieuwe wethouders en een organisatie met oude bekenden, maar ook veel nieuwe medewerkers, waarbij voor iedereen geldt: een nieuwe manier werken. En sinds een half jaar heeft onze gemeente ook een nieuwe burgemeester. Molenlanden bevindt zich dan ook in een transitiefase naar een nieuwe, moderne, slagvaardige en daadkrachtige gemeente. Een gemeente die er is voor de inwoners. Geen instituut op zich, los van de samenleving, maar een dienstverlenende organisatie voor haar burgers. Dat is waar wij lagere overheden voor zijn. Dienstbaar aan de samenleving. Dat is zoals Doe mee! het ziet.

De samenvoeging van twee verschillende organisaties vraagt nog verdere cultuurafstemming, dat is een dynamisch proces wat tijd en aandacht vraagt en dan is het logisch dat niet alle mijlpalen al gerealiseerd zijn. Maar toch na een periode van inwerken, wennen en positie bepalen, kunnen we na 18 maanden al spreken van een mooie oogst!

Ruimtelijke ordening

Veel achterstallig onderhoud is gedaan, met name op het gebied van de Ruimtelijke Ordening. 283 omgevingsvergunningen zijn er afgegeven in 2019, meer dan 1 per werkdag. Voor het jaar 2020 worden er 285 woningen opgeleverd. In Giessenburg, Langerak, Streefkerk, Hoornaar en Nieuw-Lekkerland wordt volop gebouwd. De Groene Wei, al 20 jaar bekend als wozoco Giessenburg, is eindelijk los getrokken.

Vorige week hebben wij met zijn allen de Regionale Energie Strategie omarmd. Harmonisatie van ambtelijke organisaties is niet eenvoudig, maar verloopt voortvarender dan wij misschien allemaal een jaar geleden wel dachten. In het sociaal domein zijn dan eindelijk stappen gezet naar eigen regie en focus op meer preventie. Het mag duidelijk zijn dat we op dit dossier nog niet klaar zijn, daar ligt een klus als het gaat om kostenbesparing.

Kinderdijk

Dan Kinderdijk. Wij zijn trots op de grote stappen die we zetten in het dossier. Wel vragen we in het bijzonder empathie van de wethouder voor alle Molenbewoners en inwoners van het dorp Kinderdijk, het gaat tenslotte om hun leefgebied wat Doe mee! zeer aan het hart ligt. Maar petje af voor die stappen die al gezet zijn en nog komen.

Glasvezel

En laten we tot slot een verrassend onderwerp noemen: Doe mee! is blij met de opstelling van het college inzake glasvezel in voormalig Molenwaard. Want laat duidelijk zijn, zonder de inzet van de vrijwilligers en de stichting was er geen glasvezel gekomen. Maar zonder de opstelling van de wethouder hadden we ons als gemeente een financieel debacle op de nek gehaald. Soms is nee zeggen het beste antwoord.

Dualisme

Doe mee! kijkt dan ook met gepaste trots terug op deze periode waarin we met elkaar, oppositie en coalitie, op dualistische wijze al veel bereikt hebben. En ja, dat dualisme is soms wennen. Bij de start van deze periode in januari 2019 zeiden wij het al: wij geloven in de kracht van coalitie versus oppositie. Van wrijving komt glans. Wij geloven in het debat. Het is zeker geen zwakte, maar juist een kracht van het college om open te staan voor ideeën en suggesties ook van niet-coalitiepartijen en deze mee te nemen of te verwerken in voorstellen. Dat wil niet zeggen dat voorstellen dan half af zijn of niet geschikt voor bespreking, maar het zegt alles over het serieus nemen van alle partijen in de raad.  Misschien is het een suggestie dat het college dat explicieter aangeeft. Doe mee! sluit niemand uit, bij inclusieve politiek neem je alle partijen serieus. Wij hopen dan ook dat we elkaar op deze manier blijven versterken in datgene waar wij met elkaar voorstaan: Molenlanden doorontwikkelen tot een moderne plattelandsgemeente, in verbinding met inwoners en ondernemers, actiegericht  en handen uit de mouwen. Kortom met pit!

Maar de missie van Doe mee! gaat verder. Doe mee! is opgericht om de lokale democratie weer terug te brengen bij de mensen, zeggenschap en invloed daar leggen waar het hoort. Het samenlevingsprogramma is daar een eerste proeve van. Koers en ambities voor deze raadsperiode staan opgetekend in een gezamenlijk document. De dorps- en stadskaarten getuigen van deze ambitie, maar een kritische noot is wel hier gepast. Kaarten zijn geen mijlpalen, maar voor Doe mee! zijn ze momenteel te veel uit de aandacht. College, toon meer ambitie hierin, leg ze op tafel, wees daadkrachtig in je uitvoering en geef vertrouwen aan de mensen. U heeft nog anderhalf jaar, het is de hoogste tijd!

Financiën

En dan nu de financiën. Ook daar kijken wij positief en met optimisme naar. En Doe mee! baalt van de communicatie rondom deze kadernota. De wethouder doet hier zichzelf, het college en Molenlanden tekort. Molenlanden moet 1,5 miljoen bezuinigen. Forget it! Molenlanden moet in 2023 en 2024 nog respectievelijk 7 en 8 ton vinden. Maar de suggestie is alweer gewekt: we bevinden ons in financieel zwaar weer, die hele herindeling is een financieel fiasco, Giessenlanden mag de gaten dichten van Molenwaard, de burgers zullen wel weer moeten bloeden, er kan hier nooit wat, dure gemeentehuizen kunnen ze bouwen, maar verder één groot gat in de portemonnee. Terwijl het gewoon niet waar is. En u doet u zelf wederom tekort door te stellen dat het positieve resultaat in hoofdzaak door de meicirculaire en de algemene uitkering komt. U heeft als college en organisatie meer dan 2 miljoen structureel weten om te buigen. Onder de motorkap zoals u dat noemt. Chapeau! Oogst dit. Daardoor is onze positie nu, met dank aan de meicirculaire, juist positief. En stap uit dat zure bezuinigingsframe. Want zeker, we gaan hier niet potverteren, we gaan hier geen Sinterklaas spelen, maar we kunnen veel meer dan we denken. We gaan dus investeren, investeren in de samenleving, investeren in de mensen. Investeren in de dorpen van Molenlanden. Niet omdat het moet, maar omdat het kan! Laat je niet gek maken Molenlanden. Binnen anderhalf jaar staan we er uitstekend voor!

Vertrouwen

Het moge duidelijk zijn Doe mee! gaat niet mee in de treurnis en Doe mee! gaat uit van vertrouwen. En Doe mee! wil dan ook dat u extra gaat investeren in de dorpen en de stad, in de dorpsraden en Klankbordgroepen. In geld en in vertrouwen. Wat Doe mee! betreft verhogen we de gemeentelijke bijdragen aan de dorpsraden en Klankbordgroepen met 50%. En tegelijkertijd geven we vertrouwen. Laat de controle, het ambtelijke nalopen en dubbelchecken van ieder bonnetje, vallen en geef de regie aan de raden zelf, met een eenmalige verantwoording achteraf.

 

5 ton voor verenigingen

Verder wil Doe mee! dat er extra geld komt voor de zogenaamde vrijwilligersorganisaties: de sportverenigingen, speeltuinverenigingen, zangkoren, muziekverenigingen etc. De smeerolie van de samenleving. Het bindmiddel in een dorp- of stad. We spenderen daar als gemeente 0,37% van onze begroting aan. Minder dan 1% voor een druppel smeerolie met een maximaal effect. College, u bent bezig om te kijken of en hoe u tot harmonisatie kunt komen. Wat Doe mee! betreft reserveert u 0,5 % voor de subsidies in deze categorie. 5 ton in euro’s, in plaats van 370.000.

Dienst Gezondheid & Jeugd

Maar Doe mee! sluit niet de ogen voor de werkelijkheid. En natuurlijk zien wij in deze onzekere tijden, wel degelijk risico’s. Daarom verzoeken wij het college tempo te maken wat betreft het onderzoek naar de zogenaamde gemeenschappelijke regelingen. De verbonden partijen. Ondoorzichtig, ondemocratisch, zelden dienstbaar, veelal naar binnengekeerde instituten waarbij de burger uit het oog verloren is, kortom: kom met voorstellen tot bezuinigen of uitstappen. En reken uit wat het kost. Om te beginnen bij de Dienst Gezondheid en Jeugd. Rupsje Nooitgenoeg in een blackbox. Er kan altijd geld bij, je weet nooit wat je krijgt. College, daar ligt de oplossing van uw noden in 2023 en 2024. Wij roepen het college op om de bijdrage in voor de DGJ in 2022 terug te draaien met 5% en vervolgens met 2% jaarlijks. Daarbij willen wij volgend jaar bij de kadernota kunnen lezen wat het kost om uit de GR DGJ te stappen en wat het financieel oplevert. Want Doe mee! is ervan overtuigd dat we als volwassen gemeente meer kunnen betekenen dan de DGJ ons nu biedt. Molenlanden pak nu door! De tijd van grenzeloos werken, typisch voorbeeld van mistig bestuurlijk netwerken waarin het belang van de inwoners vergeten is, past niet meer in deze tijd. De tijd van nutteloos werken laten wij de GR-en, het wordt tijd om te werken voor je inwoners! Dienstbaar en met ballen. Dus genoeg geklaagd over het verlengd bestuur, we stappen eruit, as soon as possible.

Doe mee! kijkt met groot vertrouwen naar de begroting 2021 en verder. Er ligt een stevige basis, een goed fundament. Daar kun je op verder bouwen. Dat heeft u in anderhalf jaar tijd neergelegd. Onze complimenten daarvoor. Ook onze complimenten voor de ambtelijke organisatie. Ook u heeft een majeure prestatie geleverd. Het is uw werk, u heeft er zelf voor gekozen, maar u heeft het buitengewoon goed gedaan. Ook in de lastige afgelopen maanden, waarin u in de #stayhome economie een voorbeeldfunctie vervulde. Tot de dag van vandaag. Toch hopen we dat u straks behalve thuis ook hier in Hoornaar een goede en duurzame werkplek heeft. Want Doe mee! investeert niet alleen in de inwoners en in de samenleving, wij investeren met plezier in de dienstverleners van de samenleving. De afgelopen maanden gingen we samen door de crisis, de komende jaren gaan we samen voor een nog beter Molenlanden. Doe mee!

Joke van de Graaf & Berend Buddingh’

7 juli 2020

Koken met Curt, de Doe mee! Zomerrecepten.

Met dit recept geven we de aftrap naar een reeks heerlijke zomerrecepten van Doe meërs.

Als lokale partij staan we midden tussen de mensen en willen we ook verbinden, en hoe leuk is het omdat via familierecepten te doen, dus daarom ook de zomerse familierecepten met Doe mee!

Hier een stevig maar lekker zomers recept van mij Curt Roth.
Dit recept is een familierecept, deze aardappelsalade werd door mijn overgrootmoeder geserveerd in haar restaurant in Oostvoorne, en is van generatie op generatie meegenomen.

Deze aardappel salade is eigenlijk een klassieke puree salade met ui, augurk, Cornedbeef en natuurlijk aardappels.

In beginsel wordt de salade niet verder aangemaakt, maar wanneer geserveerd wordt de salade afgemaakt met hardgekookt gehakt ei en een stevige lik mayonaise met natuurlijk nog wat peper, zout en ook kerrie.

Het recept is als volgt:

  • 1 zak iets kruimig kokende aardappels, of wel bonken zoals ik ze graag noem.
  • Vier fikse gele uien.
  • Een potje stevige augurken.
  • Een blik Cornedbeef.
  • Om het af te maken hardgekookte eieren.
  • Kerrie naar smaak.
  • Witte peper naar smaak (ik gebruik aardig wat omdat de aardappel flink wat massa heeft en dus behoorlijk wat smaak absorbeert.)
  • Liefst een mooie stevige mayo, gebruik zeker geen frietsaus, doe die lekker op je frietjes 😊 .

Benodigdheden:

  • Een ruime pan voor de aardappels.
  • Een pureestamper.
  • Aardappelschilmesje
  • Flinke bewaardoos.

We beginnen met de aardappel, schil en snijd ze zoals je normaal zou doen voor een pan gekookte aardappels.

Kook de aardappels in een 22 a 24 minuten gaar, zoals je zou doen voor een mooie stamppot.

Snipper ondertussen de ui, en snijd de augurk in gelijkwaardige stukjes.

Als de aardappel gaar is, giet ze af in een vergiet en doe ze terug in de pan, en laat ze lekker even uitdampen zodat ze zo droog mogelijk zijn en er geen restvocht aan de aardappel blijft hangen.

Vervolgens kan de Cornedbeef direct uit blik op de nog hete aardappels samen met de gesnipperde ui en de augurkblokjes.

Ook kan er al lekker wat peper, zout en kerrie worden toegevoegd in het eerste mengproces.

Wanneer het geheel goed door elkaar gestampt is met de pureestamper moet de basis eerst goed afkoelen, eerst buiten de koelkast tot op kamer temperatuur, en vervolgens door koelen in de koelkast tot een graad of 6c

Nu de basis van de salade goed is afgekoeld kan hij worden aangemaakt, dit hoeft niet alles in één keer natuurlijk, maar per keer voor zoveel als je nodig hebt voor bijvoorbeeld  ’s avonds op een toastje bij een lekker drankje in de tuin.

Voor een lekker portie pak ongeveer 250 gram van de basis en doe deze in een mengkom.

Kook 3 eieren hard en snijd deze met de eiersnijder in blokjes, dus twee maal door de snijder waarvan 1 keer dwars.

Doe de eieren bij het mengsel met een paar lekkere likken mayonaise en meng het geheel goed tot een smeuïge dog stevige massa, eventueel verder op smaak brengen met extra peper en zout naar smaak.

Nu hebben we een heerlijke aardappelsalade die zelfs als ontbijt op een lekkere bruine boterham errrrrrg smakelijk kan zijn, ik zou zeggen, voor op brood, lekker dik smeren, zeker een centimetertje op twee, en dan nog een lik mayo er overheen smeren voor een extra kick.

Dat was hem, veel succes met het maken, en eet smakelijk!!

Hieronder een impressie van de bereiding:

“Er kan een discussie zijn, maar we gaan altijd als vrienden naar huis”

De zaterdag van….

Vandaag is het de zaterdag van Kees de Bruijn. Kees heeft een pittige tijd achter de rug na zijn herseninfarct op zondag 17 november 2019. Het heeft hem stilgezet en hij is op een andere manier naar het leven gaan kijken.

Zijn liefde voor de politiek laat hij nog altijd zien als algemeen bestuurslid van Doe mee!

Paspoort
Geboren: 4 oktober 1968
Woonplaats: Streefkerk
Relatie: 10 jaar getrouwd met Ottolina en 2 schatten van katten
Werk: 29e jaar bij BMN (bouwmaterialen leverancier) als accountmanager
Vrije tijd: Biljarten en tennissen. Op zoek naar nieuwe dingen in het verenigingswerk. Dat is nu de barcommissie bij de tennis.

 

Wat gebeurt er op jouw zaterdag?

“Ik begin net als elke andere dag met een bak koffie. Wakker worden doe ik op het gemak. In het seizoen ga ik daarna de tuin in. Dat is wekelijks grasmaaien, om de week de kanten maaien en rugte (Alblasserwaards voor onkruid wieden). Dan is de zaterdag een eind op weg. Ik ben op de zaterdag graag thuis, omdat ik de hele week druk ben. Ik vind het ook heerlijk ontspannend om in de tuin te zijn. Hoofd leeg, verstand op nul en ik ben graag in de natuur bezig.”

Altijd al buiten gewoond?

“Ja, die vrijheid en stilte hier in de polder maakt de natuur speciaal. In de avond hoor ik hier enkel de vogels, die deze stilte doorbreken. En als je het hier netjes wilt houden, dan moet je gewoon een dag in de week vrijmaken voor de tuin.

Het is hier nog nooit zo netjes geweest als nu. Dat komt, omdat ik vanaf eind november thuis ben. Ik heb toen vanuit het niets een herseninfarct gehad, maar gelukkig ben ik inmiddels hersteld. Ik ben vier maanden in therapie geweest en dat heeft me enorm geholpen. Er zijn wel aantal dingen in mijn leven veranderd.”

Wat is er zoal veranderd?

“De wereld is niet veranderd, omdat ik dit heb gehad. De wereld is voor mij anders geworden. In het begin vond ik dat angstig en wist ik niet precies hoe ik daar mee om moest gaan. Ik moest er eerst mee leren dealen om de mooie dingen te kunnen zien. Ik ben me nu veel bewuster geworden van het leven en beleef alles intenser.”

Leg eens uit wat je daar precies mee bedoelt?

“Ik kijk nu bijvoorbeeld anders naar de natuur. Ik vond alles al snel gewoon en nu kan ik ernaar staan kijker en genieten. Ik neem nu ook een verrekijker mee als ik de polder in ga. Ik realiseer me nu ook heel bewust, dat ik er niet meer had kunnen zijn. Of verlamd had kunnen zijn. Ottolina heeft dat gelukkig ook.”

Hoe combineer je dat met je commerciële werk?

“Ik werk inmiddels weer 6 uur per dag, maar wel helemaal vanuit huis. Ik volg alles digitaal en heb zo min mogelijk fysieke contacten bij de klanten. Ik kan vanaf de laptop thuis het hele orderproces volgen en als er iets moet gebeuren, dan pak ik de telefoon in plaats van dat ik erheen rijd. Eigenlijk maakt dat niet zoveel uit. Nu is dat ook de coronapolicy van mijn bedrijf. Ze gaan pas na de bouwvak weer open. In onze sector is dat overal hetzelfde.”

Hoe ben je fysiek hersteld?

“Daar heb ik niets aan overgehouden. Ik heb geleerd om naar mezelf te luisteren. Ik kon altijd wel langer en meer. Dat moest anders en ik heb paar maanden nodig gehad om daarachter te komen. Dat was een constant gevecht met mezelf. Ik wilde ook geholpen worden en ik kreeg iedere week een opdracht. Dat leerde mij om keuzes te maken tussen wat ik gedaan had en wat ik had moeten doen.”

Wat doe je nu dan anders?

“Ik heb geleerd, dat ik mocht toegeven dat ik geen zin meer had. Dat heb ik moeten accepteren. Met kerst zei ik tegen iedereen, dat ik in januari weer volledig ging werken. Dat ging dus niet en ik weet nu wat het is om toe te geven aan wat je voelt.

Ik ben me ook veel meer bewust van wat ik heb. Familie, relatie, werk. Ik kan met Ottolina nu blij zijn met wat we samen hebben. Ik kan nu ook gemakkelijker negatieve dingen ombouwen naar iets positiefs of loslaten.

Ik sprak een klant, die ook een infarct heeft gehad en ik vond het zo fijn, dat ik er met hem over kon praten en mijn ervaring kon delen. De therapie heeft me daar gebracht. Eerst kreeg ik veel fysieke begeleiding en daarna maatschappelijk werk. Er zat een enorm verschil in tussen waar ik mee binnenkwam en waar ik mee wegging. Het klinkt misschien gek, maar het infarct heeft mijn leven rijker gemaakt.”

Even een brug, politiek dier?

“Van huis uit absoluut niet. Arco Bikker moest hier 3 avonden komen praten, voordat ik de stap in 2010 naar Gemeentebelangen maakte. Drie maanden later zat ik in de raad. En als ik ergens voor ga, dan ga ik voor 200%. Ik wist alleen niet hoe intens politiek was en ben een aantal maanden met mijn kop tegen van alles aangelopen. Ik moest leren om de dingen op een andere manier te bekijken.  Ik heb een mooie tijd gehad, maar ik liep vast met mijn werk en ik moest keuzes maken. Ik kon maar voor 50% energie steken in de politiek en toen ging mijn werk toch voor. Met de verkiezingen van de fusie naar Molenwaard heb ik me niet meer verkiesbaar gesteld. Ik had wel mijn plek bij Gemeentebelangen gevonden en ik wilde ook voor de partij dingen blijven doen.”

Hoe heb je dat gedaan?

“Herman van Hoorne trad af als voorzitter en vroeg mij of ik interesse had om die hamer over te pakken. Veel mensen kijken daar tegenop, maar ik vind voorzitter het mooiste baantje dat er is. Als je het goed aanstuurt, dan blijven de paardjes draven. Je moet goed kunnen delegeren en dat past mij wel. Ik ben op mijn werk al 20 jaar voorzitter van de ondernemingsraad. Daar wil ik iedere keer mee stoppen, maar dat is mij nog niet gelukt.”

Hoe kijk je als bestuurder naar de start van Doe mee!?

“Ik kan me dat eerste overleg nog goed herinneren. Dat was incognito, omdat we bang waren dat de mensen het zouden ontdekken. Rond kerst 2017 gingen we met het bestuur van Gemeentebelangen aan tafel met het bestuur van PvdA. Daar voelde ik een stuk verantwoordelijkheid, omdat dit een grote stap was. Mijn eerste gedachte was: “Dat nooit.” Ik had er ook helemaal niet over nagedacht. We waren ons aan het prepareren op de verkiezingen naar Molenlanden en dit had ik helemaal niet verwacht. Ik zat bijna met mijn hakken door de grond om samen met de PvdA verder te gaan…….

….. En toen begon het. We hebben met een grote groep ongeveer 10 avonden bij mij aan de grote keukentafel gezeten. Ik voelde dat daar iets groeide. Dat gevoel en de kracht met elkaar werd sterker. Dat gevoel heb ik vandaag nog altijd. Ik zie, dat Doe mee! met die positiviteit nog elke dag aan die kar loopt te slepen. Er kan een discussie zijn, maar we gaan altijd als vrienden naar huis. Ik zie dat ook met bij mijn collega bestuursleden. Dat bruist en iedereen doet dat op zijn eigen manier.”

Als je dan terugkijkt, wat zie je dan?

“Het is bijzonder wat we hebben opgebouwd. We hebben iedereen keihard nodig gehad en we zijn ook bereid om het werk van elkaar op te pakken. We kwamen van partijen, die tegenover elkaar stonden tot dit. Dat is bijzonder en daar mogen we best trots op zijn. Nu heb ik de voorzittershamer overgedragen aan Jan van Heukelum. De deal met de start van Doe mee! was, dat er een nieuwe voorzitter zou komen. Iemand die niet uit Gemeentebelangen en PvdA kwam. Ik ben nu algemeen bestuurslid. Dit gaat zó ver, dat de band met Streekerkers van PvdA en Gemeentebelangen sterker is geworden. Geweldig, dat ik dit bijvoorbeeld ervaar in de tennisvereniging.”

Wat kun je Doe mee! meegeven voor de toekomst?

“Blijf met twee voeten op de grond staan. Als je groter gaat worden, blijf dan bij jezelf. Zorg dat je dingen gestructureerd doet en wees zuinig op elkaar. Die club met dat gevoel wordt gemaakt door de mensen. Er gebeuren veel positieve zaken bij Doe mee! en daar zit de kracht.

Nu hebben we het helemaal niet gehad over wie ik als mens ben. Voor degene die mij niet kennen: ik ben eerlijk, betrouwbaar en recht door zee. Een man een man, een woord een woord. Daar kun je bij mij altijd op rekenen.

De zaterdagen van…. gaan met zomervakantie tot zaterdag 5 september. Deze rubriek maakt plaats voor de zomerrecepten met onze chef-kok Curt Roth. En we zorgen deze periode voor wat extra’s om te lezen. Door de week gaan we een “lees mee” plaatsen. Dat is het verhaal achter een activiteit of thema in de samenleving waar de mensen van Doe mee! zich sterk voor maken.

Dus blijf bij ons deze zomer, wij blijven ook bij jou!

“Alleen een lokale partij kan dat unieke uitdragen en bewaken ”

De zaterdag van….

Vandaag is het de zaterdag van Mario de Lijster. We hebben een gesprek aan de keukentafel en krijgen als eerste het geboortekaartje en foto’s van kleindochter Norah te zien. Als we geen vragen hadden gesteld, dan was het een verhaal over Norah geworden. Haar opa is nieuw raadslid en vertegenwoordigt Doe mee! in de Molenlandse raad vanaf 2 januari 2019.

Paspoort
Geboren: 16 september 1963
Woonplaats: Goudriaan
Gezin: getrouwd met Tineke, vader van Manon (28), Ciska (24) en kersverse opa van Norah (4 weken)
Werk: Portfolio Manager Ziekehuizen bij Ascom BV op het gebied van zorginnovatie.
Vrije tijd: Klussen in huis en tuin.  Knutselen aan en rijden met motorfietsen, helpen in Goudriaan en bestuurslid van de Oranjevereniging.

“De afgelopen periode was voor mij en oma Tineke nogal hectisch en spannend. Norah is ons eerste kleinkind en werd geboren na 27 weken zwangerschap van dochter Manon. Manon moest plotseling en met spoed opgenomen worden in het UMC Utrecht. Daar kwam Norah op 5 juni ter wereld en ze woog 870 gram.

De kleine meid ligt nog altijd met de nodige medische apparatuur in de couveuse, maar het gaat gelukkig goed met haar. Ze weegt inmiddels ongeveer 1400 gram en de opa en oma maken het goed 😉  Het blijft spannend, maar Norah en Manon zijn in goede handen van de zorgspecialisten.”

Hoe was jullie zaterdag vóór Norah?

“De zaterdag begint meestal rond half 8 met een gezamenlijk ontbijt op het terras. Ja, zomer én winter. Zo vroeg? Ja, dat komt omdat Tineke in de zorg werkt en vroeg begint. Dan lukt dat ontbijt samen niet op werkdagen. En na het ontbijt spit ik dan de krant door. Van voor naar achter en weer terug. Dan is het tijd om alle klussen die zijn blijven liggen op te pakken. Grasmaaien, een boodschap doen, de dakgoot leeghalen. Je kent het wel. Als ik dan nog een uurtje over heb, dan sleutel ik graag aan mijn 34 jaar oude Kawasaki motor. Daar is altijd wel wat mee en bij gebrek aan nieuwe onderdelen kan ik daar mijn creatiiteit wel in kwijt.  Rijden doe ik vooral op speciale plekken en het liefste op het circuit in Assen, Zandvoort, Spa of Zolder. Ik ben inmiddels op de meeste circuits wel meerdere keren geweest.”

Dat klinkt professioneel. Werken aan een polepositie?

Lachend: “Daar ben ik met mijn postuur van 1 meter 93 en 110+kilo niet aerodynamisch genoeg voor. Geen wedstrijden dus. Wel gewoon genieten van het ritme en werken aan een betere techniek. Waar ik ook van kan genieten, dat is motorrijden in alle rust. Helemaal alleen lange ritten in de bergen maken. Het liefste in de Dolomieten. De rust, de ruimte en de mooie omgeving daar zijn nergens mee te vergelijken. Motorrijden zit wel bij ons in de familie.  Mijn broer en zus rijden en onze moeder reed in de jaren 50 en 60 ook motor, veel ritten naar Zwitserland en Italie.

Precies één jaar na haar overlijden ben ik ‘s morgens vroeg in Italie van een bergpas in een half uur met een niet draaiende motor naar het dal “gezweefd”.  Die afdaling werd heel speciaal. De stilte en serene rust van die ontluikende dag, bocht na bocht, kilometer na kilometer. Ik voelde me volledig verbonden met de omgeving en was alleen nog maar benieuwd naar de wereld na de volgende bocht. Op dat moment besefte ik dat mijn moeder dat zelfde gevoel 50 jaar eerder ook gehad moet hebben. Een gevoel dat we blijkbaar, ook na haar overlijden, nog deelden.”

Met je moeder kunnen we een mooie brug naar het verleden maken. Je bent oud Rotterdammer hè?

“Ik lijk misschien een stadsmens, maar dat ben ik niet. Ik ben geen Rotterdammer, maar een IJsselmondenaar. Daar ben ik opgegroeid. Voor 1941 was IJsselmonde een zelfstandige gemeente met veel agrarische bedrijven. Mijn grootouders en later mijn ouders hadden een melkveehouderij in een mooie monumentale boerderij “Op Hoop Van Zegen”. Door de expansiedrift van Rotterdam tussen de jaren 1960 en 1980 ontstonden de wijken Groot IJsselmonde en de Beverwaard. De landbouwgronden moesten plaats maken voor woningbouw en bedrijven. Er was dus voor de boerderij geen plek meer.”

 

Wat deed dat met je?

“Ik heb mijn jeugd doorgebracht op een boerderij met veel ruimte en vrijheid. Ik weet van mijn vader wat boeren is en ik heb ervaren wat stoppen met boeren betekent. Ik was op de scholen meestal de enige leerling, die van een boerderij kwam. Dat was best uniek en ik moest altijd uitleggen, dat ik echt in Rotterdam én op een boerderij woonde.

Toen ik Tineke leerde kennen zijn we na onze studies in Ridderkerk gaan wonen. Ik ging elektronica voor onderzeeboten ontwerpen, switchte na enkele jaren naar de overheid en kwam als beleidsmedewerker bij de gemeente Ridderkerk terecht. Vanuit die rol ben ik in de telecommunicatie en ICT terecht gekomen en zat dus veel op kantoor achter PC’s en in vergaderzalen.

Toch miste ik de ruimte en de vrijheid. Mijn schoonmoeder komt uit Nieuw-Lekkerland en toen we 4 jaar geleden besloten om in Goudriaan te gaan wonen, voelde dat als thuiskomen. Weer uit je raam kijken en overal polder zien.”

Net zo’n grote stap als de stap naar de politiek?

“In Ridderkerk heb ik 6 jaar gewerkt als gemeenteambtenaar. Daar leerde ik hoe de gemeentestructuur en de politiek ten opzichte van elkaar bewogen.

Dat mechanisme interesseerde me en toen ik net in Goudriaan woonde zag ik in Het Kontakt een oproep voor een cursus: “Kruip eens in de huid van een raadslid”. Ik deed mee en tijdens de laatste avond speelden we een heuse raadsvergadering met de raadsleden van Molenwaard en Giessenlanden. Daar kwam ik Joke van de Graaf van Gemeente Belangen Molenwaard tegen en zij verleidde mij om een fractieoverleg bij te wonen. Daar werd ik meteen enthousiast van de sfeer.

Ik vind, dat als je ergens woont, je ook moet bijdragen aan de omgeving. Iets nuttigs doen en helpen. Samen met dorpsgenoten de belangrijke onderwerpen bespreken en samen plannen maken. We wonen in een unieke gemeente en alleen een lokale partij kan dat unieke uitdragen en bewaken. Zo dicht bij de inwoners kan een nationale partij nooit komen. Zij hebben hun landelijke belangen die meewegen. Die dubbele pet past mij niet. Zo ben ik nooit meer weggegaan bij Gemeentebelangen en terecht gekomen bij Doe mee!”

Wat bedoel je met uniek?

“Gemeente Molenlanden heeft 19 dorpen en de stad Nieuwpoort. Allemaal hebben ze hun eigen identiteit. Die identiteit is in de loop van de afgelopen eeuwen gevormd. Vanuit een eigen zelfstandigheid met een eigen bestuur en eigen ontwikkelingen.

Ik ga weer terug IJsselmonde. Dat is nu niet meer te herkennen en haar eigen identiteit is volledig opgegaan in Rotterdam. Zij hebben alleen de foto’s nog.

In Molenlanden is Goudriaan geen Kinderdijk en Arkel geen Groot-Ammers. Ik vind het leuk en belangrijk om voor die specifieke identiteit en dorpsbelangen samen met de betrokken inwoners op te komen. Daardoor kunnen best tegengestelde belangen ontstaan, maar dat maakt ook juist het verschil”

Betekent dit, dat je als raadslid met alle winden mee moet waaien?

“Nee juist niet. Je moet duidelijk zijn in je standpunten en de inwoners uitleggen, waarom je de dingen doet zoals je ze doet. En mensen helpen waar nodig. Want door regelgeving, technologische en sociale vernieuwing is het tegenwoordig best lastig om een gefundeerde mening te vormen. De meningen van anderen rollen over je heen, maar of de achterliggende feiten kloppen is steeds lastiger te zien.

En ik vind dat iedereen recht heeft op een eigen mening, maar niet op zijn eigen feiten. Met inwoners eerlijk en open die feiten in kaart te brengen, is wat mij betreft een belangrijke manier van invulling geven aan het raadlidmaatschap. “

Hoe bevalt het leven als raadslid?

“Het opstellen van de kieslijst voor de verkiezingen in 2018 deden we bij Doe mee! met elkaar. Ik wilde een plek bij de eerste 10, maar stelde me bescheiden op, dus stelde voor dat ik op plek 11 of 12 werd gezet. De rest wilde echter voor de nieuwe politiek ook een nieuw gezicht met een frisse blik bovenin. Zo ben ik op plek 3 terecht gekomen.

Ik denk in oplossingen en als ik iets doe, dan stel ik hoge eisen aan mezelf. Het kan altijd beter. Ik blijf net zolang zoeken, totdat het werkt. Net als bij de motor. De zaken van verschillende kanten bekijken en benaderen, vind ik belangrijk. Ik ben woordvoerder van de onderwerpen Regionale Energie Strategie (RES), Slingerlandse Plassen, glasvezel, monumenten en cultuur en erfgoed. Die passen inhoudelijk ook bij me. Ik ga binnen deze onderwerpen ook op zoek naar feitelijkheden. Eerst de bewezen waarheid en dan de meningen. Ik ben op zoek naar wat de inwoners raakt en probeer zoveel mogelijk hun mening te vertegenwoordigen in de raad.”

Dat klinkt alsof het allemaal vanzelf gaat?

“Dat is niet waar hoor. Het debatteren vind ik soms wel lastig. Zeker als ik onvoldoende weet van het onderwerp. Ik stel dan liever de waarom- en hoe- vraag, want ik wil het snappen. Daarom moet ik wel eens wennen aan het gemak, waarmee sommige politici de feiten aan de kant kunnen schuiven.

Dus, ik heb het naar mijn zin, maar doordat ik me goed wil inlezen kost het veel tijd. Het is leuk om jezelf uit te dagen en jezelf opnieuw uit te vinden. Het is niet altijd gemakkelijk, maar je moet alles in het leven een keer geprobeerd en ervaren hebben. Geen enkele last van sleur in ieder geval! En hoe de combinatie raadslidmaatschap en opa te maken is, gaan we de komende tijd uitvinden“

 

“Geen woorden maar daden, dat zit ook in mij”

De zaterdag van…

Weer een zaterdag met een gesprek over Rotterdam, Feyenoord, hoe hij in Giessenburg terecht is gekomen en nog veel meer. Vandaag is het woord aan het Doe mee! raadslid Ruud van Rijn.

Paspoort
Geboren: 20 november 1958
Woonplaats: Giessenburg
Gezin: : vrouw Lia en 2 meiden Lieke (32) en Sanne (29)
Werk: management lid SWV Driegang (samenwerkingsverband ondersteunt leerlingen met extra ondersteuning op de basisschool)
Vrije tijd: tuinieren, tennis, lezen, vissen, varen en voorzitter zwembad De Doetse Kom.

Hoe ziet jouw zaterdag er uit?

“Vaste prik op de zaterdagmorgen is de Albert Heijn, samen met Lia. Dat heeft een voordeel, want dan kom je het halve dorp tegen en ben je weer overal van op de hoogte. Nu met corona helemaal. Lia doet nu de boodschappen en als ze weer buiten komt, dan mag ik helpen met sjouwen. Dan kom je buiten al die wachtende partners tegen en gebeurt het gesprek daar. Daarna ga ik in de tuin aan het werk tot het middageten. De tuin is mijn passie en staat onder andere. vol met fruitbomen en fruitstruiken.”

Fruitboom, hoe kom je daar nu bij?

“Lia houdt van fruit en ik vind het leuk om te kweken. Tegenover mijn vorige huis had ik een stukje volkstuin en daar is het begonnen. Sommige bomen heb ik hierheen verhuisd. Appels, peren, bramen, druiven, frambozen, alle kleuren bessen, kersen en walnoten. Je vindt hier van alles.

Als er iets opkomt, dan ben ik ook benieuwd wat het is. Ik vind hier van alles. Zo heb ik nu een jonge walnotenboom. Met dank aan de Vlaamse gaai, die de noot hier bracht. Voor vaderdag heb ik een frambraam van mijn dochter gekregen. Een kruising tussen een braam en een framboos. Ik ben écht benieuwd wat dat gaat worden.

.Na de tuin en de lunch gaan we op weg naar Tiel.

We gaan dan met de boodschappen naar mijn schoonmoeder. Zij is 92 jaar en woont nog op zichzelf. Ze krijgt 3x per week verzorging en de 3 kinderen komen in het weekend om beurten op bezoek. Voor ons is dat 1x per 2 weken.

Ik ga ook bij mijn eigen moeder op bezoek in het verzorgingstehuis. Dat was dus nog wat met corona. Ze is 97 jaar en ze werd verdrietig en eenzaam, omdat wij niet meer mochten komen. Mijn dochters hebben nog met een spandoek gestaan, maar dat loste het niet op. De laatste weken mochten we naar haar toe in een container met een scherm ertussen. Als het goed is mag ik er deze week weer naartoe. Ook haar zus is in coronatijd overleden. Dat vond ze verschrikkelijk. We communiceerden via de telefoon. Ze hoort alleen slecht, dus dat werkte niet écht. Ze voelde alsof ze in de gevangenis zat. “Waarom moet ik hier alleen blijven zitten.”, vroeg ze zich af. Ze was heel fit, maar hier ging ze bijna aan onderdoor. De laatste keer aan de telefoon klonk ze weer opgewekt, omdat mijn zus langs mocht komen. Ik zie er écht naar uit, dat ik haar weer mag zien, mijn moedertje.”

Jij hebt ook iets met Feyenoord toch, hoe zit dat?

“Ik was 12 jaar toen ik voor het eerst naar de Kuip ging. Ik woonde in West en we gingen met de fiets door de Maastunnel. Ik kom er nu 50 jaar. In het begin miste ik geen wedstrijd en nu ga ik nog altijd naar de Kuip en zit ik in een vak met veel Giessenburgers.. Dat Rotterdamse, dat zit er nog altijd in. Mijn vader deed vrijwilligerswerk bij Het Vrije Volk. Daar is de politiek een beetje begonnen. Het Vrije Volk, Vara, PvdA, dat rooie krijgen we er niet meer uit.”

Ik voel trots, waar komt dat vandaan?

“Ik voel me ontzettend verknocht aan Rotterdam: “Geen woorden maar daden”, dat zit ook in mij. Rotterdammers zijn niet arrogant, ze pakken aan. Dat betekent, dat ze ook missers maken. Dat hoort erbij. Vroeger gingen we op de brommer naar een camping in Brabant. Daar zaten ook allemaal Rotterdammers. Ook dat voelde als thuis.”

Hoe ben je dan toch in Giessenburg terecht gekomen?

“Ik wilde onderwijzer worden en daar heb ik keihard voor moeten leren. Na lang solliciteren kwam ik in Groot-Ammers terecht. Ik had geen idee en moest eerst op de kaart kijken waar dat was. Ik was dolgelukkig, dat ik tussen de 300 sollicitanten werd uitgekozen. Lia kwam daar bij de kleuters terecht en je begrijpt wel dat het toen begonnen is tussen ons. We wilden niet in het dorp gaan wonen en zo zijn we in Giessenburg terecht gekomen.”

Nu de brug naar jezelf. Wie ben jij als mens?

“Ik ben altijd begaan met de medemens en ik wil ook iets doen om het leven voor hen beter te maken. Zo kwam ik terecht in de buurtvereniging en kon ik meebouwen aan de boot voor de Gondelvaart.

Zo zie ook mijn bijdrage aan de politiek. Iets van een ander kunnen bewerkstelligen.

Vandaar ook veel vrijwilligerswerk. Ik weet ook nog precies hoe ik daar in gerold ben. In 1986 reden hier namelijk bibliotheekbussen rond en ik vroeg de wethouder van Giessenlanden of we hier een vaste bieb neer konden zetten. Ik vond het lezen heel belangrijk voor kinderen en ouderen en de wethouder vond het goed om te starten. Ik ben daar vanaf het begin als vrijwilliger bij betrokken geweest en ik heb met anderen door de jaren heen de bieb opgebouwd. In 1992 hebben we een verzoek ingediend voor een permanent gebouw. De gemeenteraad keurde dit goed en wij waren met de vrijwilligers apetrots natuurlijk.

Met de bezuinigingen is de bieb na 28 jaar helaas verdwenen en dat doet nog altijd pijn. Je kunt nu enkel boeken reserveren en in het dorpshuis staat nog een oude collectie. Dat is ook zo in Arkel. Ik zou dus wel weer willen gaan voor een vaste bieb in Giessenburg.

Vervolgens vroegen ze me in het bestuur van zwembad De Doetse Kom. Ik hield niet van zwemmen, maar ik vond het wel belangrijk dat het zwembad bleef bestaan. En als ik iets doe, dan blijf ik wel hangen. Het wordt nu wel tijd om de structuur van het bestuur te veranderen. Ik bedoel dan naar een vorm met een Raad van Toezicht. Vroeger kregen we € 100.000 subsidie per jaar van de gemeente en daar moesten we alles voor doen. Nu hebben we voor 15 jaar een zelfstandige buffer ontvangen. Daarmee is het zwembad een bedrijf geworden en dat vraagt om een andere besturing. De uitdaging blijft wel om in die 4 maanden, die we open zijn, de omzet voor het hele jaar te maken. De Doetse Kom is een groot zwembad en dat betekent, dat we ook aan veel voorwaarden moeten voldoen. Er moet in Molenlanden écht nog wel wat gebeuren om de zwembaden te behouden.”

De stap van PvdA naar Doe mee! Hoe was dat?

“Ik had niet zoveel met de lokale partij. Met de PvdA had ik steun vanuit de landelijke partij voor opleidingen en campagnes. Alleen lokaal ligt dat anders. Daar gaat het niet om de partij, maar om de mensen in het dorp waar je woont. Dan maakt het niet zoveel uit waar je vandaan komt en dat schortte er nog wel eens aan bij de PvdA. De afstand tussen de kiezer en de partij was groot. Dat is met Doe mee! wel anders, want wij gaan naar mensen toe. Hier doen we het met elkaar. Met start van Doe mee! en de verkiezingscampagne kreeg ik weer nieuwe energie. We gingen er samen voor. We stralen ook uit, dat we er zin in hebben. We konden met de verkiezingscampagne zelfs met 2 ploegen tegelijkertijd op pad. Dat was ongekend.”

De toekomst van Doe mee, hoe zie je dat?

“Ik zie potentie om te groeien en daar moeten we ook voor gaan. Ik denk dat we nog een taak hebben in de dorpen waar we niet veel kiezers hebben. Daar moeten we op zoek naar ambassadeurs. Verder zijn we ook niet vies om de verantwoording te nemen.

Aandacht verdient daarbij zeker de samenwerking tussen de raadsleden in de coalitie, We moeten samen ons coalitieakkoord uitdragen. Het standpunt van het college kan anders zijn dan van de raadsleden, dat is dualisme, maar ik vind wel dat we als raadsleden van de coalitie elkaar moeten vast houden.”

“De uitdaging van het bestuur is om de fractie en de leden met elkaar te verbinden”

De zaterdag van…

Weer een zaterdag met een heerlijk verhaal van een Doe mee-er. Vandaag is het de beurt aan voorzitter Jan van Heukelum om zijn zaterdag te delen.

Paspoort
Geboren: 21 maart 1967
Woonplaats: Hoornaar
Gezin: getrouwd met Anneke en vader van Doortje (21) Pien (20), Madelief (17) en Jan (15)
Werk: rector bestuurder van KSE Etten-Leur (vmbo-t-havo-vwo)
Vrije tijd: wielrennen, snoeken en genieten van eten en drinken

 

“Mijn zaterdag is heilig, dan is er tijd voor fietsen of snoeken. Anneke is dan aan het studeren. Nee geen boodschappen, die komen al op donderdag. De vergeten boodschappen neemt mijn dochter mee. Zij werkt in de supermarkt, heel handig. Op de zaterdag ga ik fietsen of snoeken met een vast groepje vrienden of met mijn zoon Jan. Eigenlijk gaat het tempo met Jan mij iets te hard, ik trek dat niet helemaal meer. Hij heeft een andere fiets gekocht, dus ik dacht dat het daar aan lag. Maar eigenlijk denk ik, dat hij jonger wordt en ik ouder. Als hij thuiskomt gaat hij meteen wat anders doen en ik moet dan gewoon even op de bank gaan zitten.

Dat fietsen is geweldig. Ik fiets pas een jaar of 5 en het mooie is, dat je hier alle kanten op kunt fietsen. Ik hoor nu van de fiets challenges van de profs. Ik luister bijvoorbeeld naar de podcast van Laurens ten Dam: GE-WEL-DIG.”

Iets voor jou zo’n challenge?

“Dat gaat net te ver, dat laat ik aan de profs. Wel heb ik vorig jaar de Ronde van Vlaanderen en Mont Ventoux gereden. Vlaanderen was afzien, maar toch leuk samen met vrienden. De Mont Ventoux was een bittere tegenvaller?”

Hoezo, wat gebeurde er onderweg?

“Ik verzuurde op de eerste 100 meter en toen ging het al licht uit. Gelukkig was mijn zeer sportieve broer uit Amerika erbij en bij hem ging het licht ook uit. Dat verlichtte de pijn. Op de tweede dag was het minder druk en toen lukte het wel. Dit jaar zouden we een deel van Parijs-Roubaix fietsen en de Mont Blanc tocht. Helaas is daar door de omstandigheden niet van gekomen.”

Snoeken doe je niet op de fiets, hoe ben je daaraan gekomen?

“Snoeken is een oude liefde en doe ik al heel lang. En met dezelfde vrienden als op de fiets. Snoeken doen we al 15 jaar samen en we gaan 1 week per jaar naar het buitenland om te snoeken. Daar gaat het veel om de gezelligheid.

Toch is het hier door de polder lopen ook heel gaaf. Het is die snoek hè, andere soorten zijn niet welkom. Het is een mooie vis, een jager. Je vist met soort kunstvissen en daar klapt een snoek op. Dat moment, de arenaline, dan gebeurt het.

Ik ga nu met de vrienden 3 dagen naar Het Haringvliet om vanaf de kano te vissen. Ik ben benieuwd hoe die ervaring zal zijn. Toch is het vangen geen must, het gaat om de gezelligheid en alles er omheen. Ook al vangen we niks, we boeken elk jaar op de terugweg al voor het volgende jaar.”

Dus fietsen en snoeken op de zaterdag en verder niks?

“Dat zeg je goed: “En even niks doen.” Ik plan niet alles vol. Dat zou je lui kunnen noemen, maar ik kan rustig een paar uur in de tuin gaan zitten zonder iets te doen. Dat is goed voor de zaterdag en zondag.”

Zegt dat ook iets van jou?

“Inderdaad, dat past bij me en ik denk ook dat het goed is. Ik zou willen, dat iedereen op mijn werk een halve dag zou lummelen. Ik denk namelijk, dat dat gezonder is. Ik werk nu op een school in Brabant. Daar verwacht je dat ze wat rustiger zijn, maar ze blijven rennen en vliegen.”

Is dat niet een verrassend advies van een rector?

“Nee, want je hebt dan de kans om even terug te gaan om je af te vragen waarom je de dingen doen. Jezelf de tijd gunnen om de kinderen anders te zien. Je moet als docenten en begeleiders ook eens even gewoon met elkaar kunnen praten. Dan leer je om niet alleen aan jezelf te denken, maar om alles in het grotere geheel te plaatsen. Naar de school en naar de kinderen.”

Wie ben jij als mens?

“Dat is een moeilijke vraag. Ik ben denk ik iemand, die niet een zo groot ego heeft, waardoor ik goed kan verbinden. Dat vind ik leuk, ook in mijn werk. Ik heb ook een groot netwerk. De andere kant is, dat ik het heerlijk vind om alleen te zijn. Ik kan bijvoorbeeld ook alleen fietsen, maar niet elke week. Ik ben betrokken, maar hier thuis zeggen ze ook dat ik een beetje asociaal ben. Ik ga bijvoorbeeld niet met alle buren van alles afspreken. Verder ben ik eigenlijk van het doen en niet van het praten.”

Dat is wel bijzonder voor een bestuursvoorzitter?

“Ik ben ook een bijzondere eend in de bijt. Ik kan in 2 zinnen zeggen wat ik bedoel. Ik zou ook wel eens een tweegesprek met Berend willen doen. Wij kennen elkaar van het werk, maar zijn totaal verschillende bestuurders. Ik zou meer moeten lobbyen, maar dat is mijn aard niet. Ik ben recht voor zijn raap, ik zeg waar het op staat.”

Wel een mensenmens toch?

“Jazeker, daarom ben ik ook van de kleinere besturen. Ik wil erbij zijn, voelen en proeven wat er op de werkvloer gebeurt. Mijn kantoor staat ook midden in de school. Ik spreek de leerlingen niet, maar ik hoor ze wel. Dat is niet helemaal waar. Ik spreek ze wel, maar ik heb niet een directe relatie. Ik doe een praatje prut met ze, omdat ik het gevoel bij de school wil hebben. De échte band heb ik met de docenten. Dat kan natuurlijk niet met allemaal, want er werken 280 mensen op school en er zijn 2500 leerlingen. Ik wil wel al die 280 mensen leren kennen. Ik geloof namelijk in sturen met een relatie. Waarom we dingen met elkaar aan het doen zijn. De docenten moeten ook zo naar me toe kunnen lopen. Ik mis nu door corona het elkaar ontmoeten. Het mooie is wel is dat iedereen behoefte heeft om elkaar te zien. De docenten weten nu ook weer waar ze het voor doen. “

Hoe is zo een sociaal mens bij de politiek gekomen?

“Met mijn werk heb ik er altijd wel mee te maken. Ik ben ook geïnteresseerd in de politiek, maar niet actief. Ik heb een keer met Berend op het terras gezeten en zo is het gekomen. De 2e keer dat ik erbij zat, toen zat er al een journalist bij en stond ik in de schijnwerpers. Dat heb ik niet doorgezet, want ik ben meer iemand van de achtergrond. De rol van raadslid zou niet bij mij passen.”

Bestuur, voorzitter van Doe mee! Wat is je uitdaging?

“Het is een organisatorisch bestuur, dat faciliteert aan de leden en de partij. Doe mee! heeft geen eigen ideologie. Dat is prettig, want dan zit het je ook niet in de weg. Toch kun je dan de lijnen niet uitzetten. De fractie hoort wat er in de samenleving gebeurt en het bestuur heeft meer de tijd om met elkaar te praten. We zijn een nieuwe partij en zitten half in de kennismaking. Door corona staan we nu even stil in dat proces. De uitdaging van het bestuur en dus van mij is om Doe mee! meer inhoud te geven door de fractie en de leden met elkaar te verbinden. Dan kun je het kritische gesprek met elkaar voeren. Het bestuur heeft een document gemaakt over wat ze willen, dus de volgende stap komt eraan. Daarmee kunnen we besluiten doordacht maken.

Het mooie aan Doe mee is, dat het heel verschillende mensen zijn. Deze serie laat dat ook zien en dat spreekt anderen en ook mij aan.”

Ga naar de bovenkant