De zaterdag van…

Het laatste interview van 2020. Nu met het Doe mee lid die de afgelopen periode het merendeel van de interviews heeft gehouden. Nu is ze zelf aan de beurt. Ze kan uiteraard niet haar eigen verhaal schrijven. Haar assistent neemt haar waar.

Vandaag een interview met Wilma de Moel. Wilma is een van onze enthousiaste raadsleden.

Paspoort
Geboren: 15 maart 1964 (sterrenbeeld Vissen)
Woonplaats: Groot – Ammers
Gezin: Getrouwd met Ron, moeder van Minte(23 jaar) en Rik (19 jaar)
Werk: Zelfstandig ondernemer met Klantkontakt (ZZP marketing en verkoop) en eigenaar Kanocentrum De Ammerse Boezem.
Vrije tijd: Wielrennen en buitenleven.

Hoe ziet jouw zaterdag eruit?

“Net als alle andere dagen begint de zaterdag met het verzorgen en voeren van alle dieren. Als je buiten op het platteland woont, dan is er altijd iets te doen. Heerlijk met de neus in de wind. We hebben een hele beestenboel zoals: pony’s, honden, kippen, katten en schapen. De zaterdag is er zeker voor de klussen die aan in en om de boerderij moeten gebeuren. ‘s Zomers ga ik ook voor Doe mee! op pad. En dan is het werken geblazen op het kanocentrum. Dan ben ik vroeg uit de veren om op die dagen mensen te ontvangen, die een kano willen huren. Ron, Minte en Rik helpen mij op hoogtijdagen mee. Boodschappen doe ik echt niet op zaterdag. Dat is zonde van mijn tijd.”

Hoe ben je in de politiek terecht gekomen?

“Ik heb vrijwilligerswerk gedaan vanuit de kerk en het fietsen. Ik ben opgegroeid in het buitengebied van Groot Ammers. Mijn sociale leven richt zich op Nieuwpoort en Langerak. Ik ken veel mensen. Voor mijn kinderen is dat niet altijd leuk. Als zoon Rik iets had uitgevreten, dan kwam hij dat meteen opbiechten: “U kent zoveel mensen, u hoort het toch wel.”

Mijn broer Arco was raadslid van Gemeentebelangen Liesveld en later van Molenwaard. Hij pushte mij om ook lid te worden, want Gemeentebelangen kon nog wel een handige secretaris gebruiken. Vanaf die tijd heb ik min of meer vanaf de zijlijn de gemeentelijke politiek gevolgd. Politieke ambities had ik niet erg.

Met de start van Doe mee! wilde ik er iets moois van te maken. Toen de verkiezingslijst werd samengesteld had ik nog niet de motivatie om als kandidaat raadslid op de lijst te komen. Het was tenslotte geen familie Bikker feestje. Ik wilde wel dat er voldoende aansprekende vrouwen op een verkiesbare plek van de lijst moesten komen, maar ik dacht nog altijd niet aan mijzelf. Ik ben druk geweest met de werving van extra vrouwen. Berend Buddingh zette mij op andere gedachten: “Wilma, waarom doe je het eigenlijk zelf niet?” Zo ben ik op plek 8 van de lijst beland. Een ogenschijnlijk niet verkiesbare en veilige plek. We hadden toen nog niet aan acht zetels gedacht. Het uiteindelijke resultaat was zeven zetels en ik ben met voorkeurstemmen gekozen. Mooi toch.”

Wat geeft jouw energie in de politiek?

“Voor de verkiezingen kon ik lekker mijn ei kwijt in de campagne. Ik kreeg en nam de ruimte om samen met anderen aan een mooie campagne te werken. Een vis moet toch kunnen zwemmen hè. De mooie folders per dorp en die ene stad met de kandidaten en de gele jassen om op pad te gaan, gaven mij vleugels. Als we samen een doel willen bereiken dan ben ik van de partij. Met elkaar de schouders er onder zetten, een klus klaren.

Ik ben mij bewust dat er verschillende manieren zijn om een doel te bereiken. Het hoeft niet altijd op mijn manier. Als we elkaar aanvullen, bijstellen en verder gaan, dan vind ik dat prima. Van mensen die hun aandeel niet in het doel willen te stoppen en in mijn ogen maar zaniken en zeuren krijg ik kromme tenen. De energie, die ik in dingen stop zijn mijn kracht, maar kunnen ook mijn valkuil zijn.”

 

Hoe ervaar je het raadslid zijn?

“Ik had geen ervaring en ben er onbevangen en nieuwsgierig in gegaan. Het raadslidmaatschap was voor mij een totaal nieuwe wereld. Gelukkig konden mijn ervaren fractiecollega’s mij wegwijs maken. Daar heb ik veel steun aan én ik krijg voldoende ruimte om mezelf te zijn. Ik ben niet bang om in het diepe te springen. Om boven te komen heb je zwembandjes nodig en als je de overkant haalt, dan mag je samen een succes vieren. Weer die vis en het water hè.

Ik leer nieuwe mensen kennen. Er gaan deuren voor mij open, waarvan ik niet wist dat ze bestonden. Inwoners weten mij als raadslid ook te vinden en vragen of ik ergens iets aan kan doen. Dat lukt niet altijd, maar ik help ze graag om te laten zien wat ze zelf kunnen. Ik zoek de inwoners en ondernemers ook zelf op als ik het gezicht en het verhaal achter een raadsstuk zoek.

Ik ben als raadslid de volksvertegenwoordiger. Aan de rol van het kaders stellen en controleren moet ik wennen.”

Hoe gaat het binnen de fractie?

“Leuk team en we hebben vertrouwen in elkaar. Dat helpt om samen doelen te bereiken. Bij Doe mee! hebben we plezier met elkaar, dat is onze kracht. Als iets leuk is, dan kost dat geen energie, dat geeft energie.

We nemen ook onze verantwoordelijkheid. En we zijn allemaal anders. Dat geeft ook de dynamiek in de fractie. We kunnen agendapunten van de raad vanuit alle invalshoeken benaderen. Dat geeft pittige discussies, maar we komen er altijd uit. En na afloop drinken we graag een biertje met elkaar. Het is alleen jammer, dat het toosten tegen het beeldscherm van de laptop zo onecht klinkt.”

Je broer is wethouder en jij bent raadslid. Hoe ga je daar mee om?

“Goed, dat je deze vraag stelt. Er zijn vast meer mensen, die dat willen weten. Het is altijd mijn drempel geweest. De raadszaal is geen plek voor een familiefeestje. Arco is 12 jaar raadslid geweest en nu zitten we in een verschillende rol in de raadszaal. We kunnen familie en zakelijk goed scheiden. Toch spreken we elkaar minder, dan daarvoor. We gaan denk ik nog meer bewust om met het dualisme, dan andere fractieleden in de coalitie.

In de fractie hebben we bewust gekozen voor gescheiden portefeuilles. Dan kom je elkaar op de onderwerpen niet tegen. En als dat per ongeluk wél gebeurt, dan zijn we extra kritisch op elkaar. Misschien lijken we wel een beetje op elkaar.

Toch is het ook heel bijzonder. Ik weet nog goed, dat Arco mij belde toen de stemmen na de verkiezingen op persoon bekend waren. Hij was naar die uitslagenbijeenkomst gegaan en ik was gaan fietsen. Ik was met 7 zetels toch net buiten de boot gevallen. De telefoon in mijn fietsshirt bleef rinkelen, nam ik op: “Zussie, je hebt het gehaald! Je hebt 181 voorkeurstemmen. ” Lief toch, zo’n trots broertje.”

Wat typeert jou als mens?

“Ik ben een boerendochter en ik heb 2 jongere broers. Arco kennen jullie inmiddels en Thomas is de boer. Hij heeft samen met zijn gezin een manege en een melkveebedrijf. Ik ben een blijf een poldermeisje. Voeten in het veen en haren in de wind. Ik ben trots op mijn multiculturele gezin. Met Minte en Rik hebben we Afrika en Europa aan de keukentafel. En ik ben een gevoelsmens.

Vroeger wilde ik dierenarts worden. Ik had daar niet de juiste vooropleiding voor, miste natuurkunde in mijn pakket.

Toen opperde pa Freek: “Je wilde toch ook bij de politie?” Zo ging ik met 17 jaar naar de politieschool in Harlingen en pa Freek was trots.

Na de opleiding heb ik 7 jaar bij de Rijkspolitie te Vianen gewerkt. Daar heb ik ervaren en geleerd wat samenwerken is. Ik haalde mijn mbo en hbo in de avonduren. Na de politie ben ik in de marketing en commercie terecht gekomen. Sinds 2008 ben ik zelfstandig ondernemer.

Ik houd van afwisseling en uitdagingen, maar ik ben ook loyaal en een teamplayer. Ik heb mensen om me heen nodig, daar krijg ik energie van. Strijdbaar past ook bij mij. Als ik ergens voor ga, dan ga ik er helemaal voor. Ik maak graag tijd voor mensen, maar op tijd komen blijft een ding. Ik heb geleerd om de apen van anderen niet op mijn schouder te zetten. Ik kom ook wel eens tijd te kort. Soms heb ik 26 uur in een dag nodig. Dat is met een deadline niet altijd handig. Ik ben me ook bewust, dat anderen daar niet altijd mee om kunnen gaan

Je kunt mij niet in een hokje zetten. Ik heb ruimte en vrijheid nodig. Weer die vis, die wil zwemmen. Ook die komt iedere keer terug.”

Noot:

Dit interview heeft plaats gevonden in het huis waar Maaike en Thomas Bikker, de grootouders van Wilma hebben gewoond. Dan komen er weer herinneringen uit het verleden terug. Ze vertrok met de woorden: “Cees en Trudie, bedankt weer voor de gastvrijheid en de gezelligheid. “

En het was gezellig.